Bij de presentatie in het Vakbondsmuseum

'Hij wendde zich af en ging met zijn rug naar Maarten toe aan zijn bureau zitten. (...) En begon toen met één vinger verbazend snel te tikken. (...) Het enige houvast in de ruimte waren het driftige tikken en het regelmatig terugkerende belletje van de machine van Beerta.’

Zo wordt P.J. Meertens, alias Beerta geïntroduceerd in Het Bureau. Maar wat-i tikt komen we eigenlijk niet te weten, behalve natuurlijk als het om bureaubrieven gaat. Deze P.J. Meertens schreef veel, onder andere over Henriëtte Roland Holst en was in 1953 oprichter van het Mededelingenblad van de Sociaal-Historische Studiekring en het projekt van het biografisch woordenboek van mensen actief in sociale bewegingen. Dit Mededelingenblad kan als naoorlogs begin gezien worden van de beoefening geschiedenis van sociale bewegingen en de daarin actieve personen.
 
Het nu te presenteren tijdschrift Onvoltooid Verleden staat in de traditie van dit Mededelingenblad maar ook in de traditie van een tijdschrift als het Bulletin Nederlandse Arbeidersbeweging. En wat mezelf betreft geldt dat ook voor De Tand des Tijds, waar ik twee jaar redactielid van was. Van het BNA verscheen in januiari 1996 het laatste nummer en van De Tand des Tijds was dat al in het jaar 1983. Dit laatste tijdschrijft met de ondertitel ‘historisch tijdschrift, postkrant voor Nederland’ en dat verscheen als het uitkwam (en dus altijd te laat). Het had vaak artikelen over hedendaagse zaken met een schuin oog naar het verleden. Een voorbeeld: was er veel te doen over e- of immigratie, dan ontdekte een redacteur een ‘stam wilde zeeuwen in de binnenlanden van Brazilië’, die nog steeds een negentiende eeuws dialect spraken. Het zou Meertens plezier hebben gedaan.

Is dit Onvoltooid Verleden dan een voorzetting van deze bladen? Geenszins, ik kan dat het beste verduidelijken aan de hand van een citaat van Kapitein Haddock, die zo fraai zegt: ‘om kort te gaan, als ik het goed heb begrepen, is ‘t hetzelfde als bij het vertrek, maar dan precies omgekeerd!’. (Mannen op de maan, p. 16).

Voor de Kuifje-leken: de raket van Zonnebloem maakt ongeveer halverwege de omkeerbeweging en remt daarna af, zodat-ie zachtjes op de maan landt. Na de technische uitleg van Zonnebloem komt Haddock met deze samenvatting. In zijn tegenstrijdigheid geeft hij de situatie goed weer. En zo is het ook met Onvoltooid Verleden: hetzelfde, maar anders.

Is Onvoltooid Verleden niet hetzelfde en dus omgekeerd of anders? Dat klopt, maar laten we eerst de naam uitleggen. Het lijkt tegenwoordig misschien een dooddoener dat het verleden nooit af is, maar vroeger was dat niet zo’n gemeenplaats en zeker niet voor een groot deel van die sociale bewegingen, die in dit tijdschrift aan bod komen. Er is veel geschreven in de afgelopen jaren over de geschiedenis van sociale bewegingen in Nederland. Zoveel dat het lijkt alsof de geschiedschrijving voltooid was.

Maar dat is natuurlijk onzin!

Immers: vanuit een ander perspektief is er een ander verhaal te vertellen. Je zoekt ook anderssoortig materiaal en krijg je een ander verhaal. Behalve dat ik hier viermaal het woord anders gebruik gaat om vragen als ‘Is een vereniging succesvol als het een organisatie is met formele structuren en officiele standpunten of gaat het om de informele netwerken, die het succes kunnen verklaren.’ En zo zijn er nog meer perspectiefverschuivingen te bedenken.

Maar waar het hier om gaat is dat deze verschuivingen alleen maar mogelijk zijn vanwege het feit dat er vele resultaten liggen. Eigenlijk zijn de woorden van Blaise Pascal hier van toepassing geworden dat wij verder kunnen kijken omdat wij op de schouders staan van onze voorgangers. Hij - of iemand anders (en over vergissingen hebben we een aparte rubriek ‘kort van memorie’) - had het over dwergen en reuzen. De dwergen kijken verder dan de reuzen ondanks hun geringe lengte. Het ging over oude filosofen en de dwergen van zijn tijd. Maar het beeld is prachtig en dat beeld willen wij gebruiken: de aanpak van Onvoltooid Verleden is mogelijk vanwege het vele werk dat reeds verricht is.

In de ideologische jaren zeventig waren er veel boeken en artikelen, die niet zo met elkaar spoorden om het maar voorzichtig uit te drukken. In deze geontideologiseerde jaren negentig kunnen we gebruik maken van hun resultaten. In het verlengde van deze ontideologisering is het ons opgevallen dat bij al onze telefoonades, gesprekken, bezoeken en anderszins het vrij eenvoudig was mensen bij elkaar te krijgen. Vrijwel iedereen was positief. En wat ook opviel: de behoefte aan redaktieverklaringen en redactiestatuten was niet groot. En dat is maar goed ook. Ik kan me de situatie in het midden van de jaren zeventig met twee concurrerende ‘verklaringen’ nog levendig herinneren. Achteraf gezien een vreemde situatie.

De opzet van Onvoltooid Verleden kan ik eenvoudig met behulp van het eerste nummer verduidelijken. We hebben een dubbelinterview met de biografen van HRH en HG over hun aanpak met daarnaast twee onbekende documenten. 

Ons motto is veel illustraties: we hebben er in dit numer een begin mee gemaakt. Immers: de tekst van Haddock vind ik zo prachtig vanwege het bijbehorende plaatje.

En elke keer proberen we materiaal van de BVD en aanwinsten van het IISG te laten zien. De houding van de Nederlanders tegenover immigranten en vice-versa in sociale bewegingen is een terugkerend item.

En verder ..... kan ik het beste iedereen uitnodigen zelf te kijken.

Marten Buschman