Sjaak van der Velden
'n Goeie Ouwe Tijd ?! Leiden in de jaren dertig
Ik heb inmiddels een leeftijd dat ik al in de tweede grote economische crisis van mijn leven ben aanbeland. Gezien de lengte die volgens de Kondratiev cyclus tussen crisissen in zit kun je met een ruime marge mijn leeftijd aardig inschatten. In mijn vroege jaren sprak ik geregeld mensen die de crisis van voor de oorlog nog bewust hadden meegemaakt. Mijn leven omspant hierdoor dus eigenlijk drie grote kapitalistische crisissen.
Toen ik opgroeide was het kapitalisme aan het herstellen van de crisis van de jaren dertig en de wereldoorlog die daarop volgde. Dat was nog eens Keynesianisme. De hele boel platgooien en dan alles weer opbouwen. Het kapitaal had ook geleerd van die vorige crisis en de wereldoorlog die daaraan vooraf ging. Voorkomen moest worden dat er weer revoluties zouden uitbreken zoals in 1917-1920 en tegelijk moest de grote bron van onvrede, werkloosheid en loondaling, worden uitgebannen. Ook bestond de mogelijkheid dat mensen hun heil zouden zoeken in het concurrerende maatschappelijke stelsel dat achter het IJzeren Gordijn tot stand kwam. Dat varkentje heeft men gewassen door de opbouw van de verzorgingsstaat of welvaartsstaat. Voortdurende inflatie nam men op de koop toe, als er maar rust aan het front was. Dat ging lang goed. Tot de bevolking nog meer ging eisen (de 200 van Mertens waren immers nog steeds aan de macht) en de economie toch weer tegen zijn grenzen aanliep. Eind jaren zestig maar vooral de jaren zeventig en begin tachtig kende de wereld weer een crisis. De werkloosheid kwam weer terug van weggeweest en loondaling bedreigde het welvaartspeil van de bevolking. Snel keerde het kapitaal op zijn schreden terug en ondernam het pogingen om de welvaartstaat te ontmantelen. Met stakingen en demonstraties zagen de bedreigde groepen echter kans om een deel van de verslechteringen te stoppen. Maar het aandeel van de lonen en salarissen in het nationaal inkomen daalde wel. Dat is prettig voor de afzonderlijke bazen maar het systeem als totaal ziet liever dat de mensen wat te besteden hebben. Daar vonden de banken wat op. De kredietfaciliteiten werden verruimd. Iedereen een eigen huis met hypotheek en als je wat wilt hebben, dan koop je dat gewoon met een rekening-courant of creditcard. Banken en overheid faciliteerden en de bevolking stonk erin. Tot de zeepbel klapte omdat er meer geld in omloop was dan wat daar in daadwerkelijke productie tegenover stond. Overheden en bedrijven ontsloegen weer een hoop mensen en proberen net als in de vorige cyclus te bezuinigen op de gewone mensen. Ze willen als het ware afmaken wat is mislukt in de jaren tachtig. Ze voelen zich daarbij ook nog gesteund door het feit dat het zogenaamde alternatieve systeem achter de Muur roemloos door zijn hoeven is gezakt.
De crisis van de jaren zeventig-tachtig heb ik bewust meegemaakt en de huidige uiteraard ook. Toen ik in de jaren zeventig geschiedenis studeerde, leefden veel mensen van voor de oorlog nog. We ondervroegen enkele honderden van hen om erachter te komen hoe zij die crisis hadden ervaren. Die herinneringen mondden uit in een aantal publicaties waaronder een die ik in 1984 met Agnes van Steen schreef voor de Leidse Stadskrant, een linkse onafhankelijke krant die eens in de maand verscheen. Lezing van de ervaringen is schrikbarend voor wie nu leeft. Veel is veranderd, maar veel is ook nog steeds hetzelfde. De bodem van de put is nog niet bereikt maar sommige voorstellen van de huidige liberaal-sociale regering lijken wel erg op een terugkeer van wat eens was. Daarom is het goed om kennis te nemen van de ervaringen van mensen die 80 jaar geleden in een economische crisis probeerden het hoofd boven water te houden.